Details
Naam
Het Rode Blok, Joh. M. Coenenstraat, Amsterdam
Aantal afbeeldingen: 33
IntroductieHet Rode Blok in Amsterdam Zuid heeft de mooiste hijsbalken van Nederland.
AdresJoh. M Coenenstraat 13-19, Harmoniehof 25-31, Daniël de Langestraat 2-4, Gerard Terborgstraat 51-57
PlaatsAmsterdam
LandNederland
Vervaardiger Barend van den Nieuwen Amstel jr (Architect)
Cornelis de Bruin (Kunstenaar)
Cornelis de Bruin (Kunstenaar)
Datum1925 - 1926
Huidige staatDeels of volledig gerenoveerd
OpdrachtgeverACW Samenwerking
Huidige eigenaarACW Samenwerking
Oorspronkelijke functieEtagewoningen / appartementen
Huidige functieEtagewoningen / appartementen
Type objectRijksmonument, Blok
Monumentnummer527816
AchtergrondHet Rode Blok is gebouwd tussen 1925 en 1926 voor woningbouwvereniging Samenwerking, van oorsprong een vereniging voor 'hoofdambtenaren'. De leden waren bemiddelde ambtenaren die door middel van een coöperatief systeem goedkoper, maar toch degelijke eigen woningen wilden bouwen. De architect werd Barend van den Nieuwen Amstel. Hij ontwierp het gebouw in de stijl van Amsterdamse School dat bestaat uit 120 ruime appartementen (4 of 5 kamers). De bijnaam ´Het Rode Blok´ komt van de felrode baksteen die is gebruikt in een bijzondere compositie met donkerbruine stenen.
BeschrijvingHet Rode Blok valt niet alleen op vanwege de felrode baksteensoort die is gebruikt, maar ook vanwege de bijzondere compositie van vlakken en vormen waaruit de gevel is opgebouwd. Op bepaalde delen, vooral op de hoek J.M. Coenenstraat/Gerard Terborgstraat lijkt het gebouw een extra verdieping te hebben. Dit effect komt echter doordat de bovenste vijfde verdieping een stuk dieper ligt en zo balkons vormt. De rode wanden waaraan het blok zijn naam ontleent, worden onderbroken door donker- en lichtbruine stenen en betonelementen. Deze betonnen elementen zijn op verschillende plekken wit geschilderd en waren voor een aanzienlijk deel 'prefab'. Ook dit laatste aspect maakt deze elementen bijzonder, want voor het uitvoeren van beeldhouwwerk vertrouwden aannemers in deze periode nog altijd voornamelijk op handwerk. Het gebruik van 'prefab' beton had echter voordelen: de mallen konden meerdere malen worden gebruikt, waardoor de elementen relatief goedkoop werden om te produceren. De betonnen delen zijn zichtbaar in de kolommen tussen de ramen, op de vele hoeken en in de bekroning boven de deurpartijen. Op veel plaatsen is sprake van een wingerdmotief in de betonnen delen.
Naast het wingerdmotief kent het Rode Blok kent zes muurvaste bouwbeelden, onder meer van waterspuwers met mannenhoofden en het hoofd van een brulaap, evenals een krachtpatser die een gevelornament op schouders heeft. Zij worden in geen enkele inventarisatie of publicatie over muurvaste bouwbeelden vermeld. Het gaat om beelden waarvan eerst een model in klei is gemaakt en daarna een contramal. Tot voor kort was onbekend wie de maker was. In Amstelodanum van juli-september 2016 toont Dorothee Oorthuys overtuigend aan dat de beelden - en vermoedelijk ook het wingerdmotief - van de hand van Cornelis de Bruin zijn. De Bruin was behalve impressionistisch kunstschilder tevens plateelschilder, beeldhouwer, ontwerper en ondernemer. Hij was onder meer artistiek leider van de plateelbakkerij De Distel en de Dordtsche Kunst Potterij DKP. Bij de Plateel Bakkerij 'Delft' in Hilversum produceerde hij vanaf 1906 in nauw overleg met de Amsterdamse tegelhandelaar Arnold Heystee. Later werkte hij via Heystee mee aan de buitengevel van het Tuschinski theater (1921).
Ook de moeite waard zijn de hijsbalken van het blok. Deze zijn versierd met siersmeedijzerwerk. Han Schenk, auteur van een boekje over hijsbalken, noemde deze zelfs de mooiste van Nederland.
Naast het wingerdmotief kent het Rode Blok kent zes muurvaste bouwbeelden, onder meer van waterspuwers met mannenhoofden en het hoofd van een brulaap, evenals een krachtpatser die een gevelornament op schouders heeft. Zij worden in geen enkele inventarisatie of publicatie over muurvaste bouwbeelden vermeld. Het gaat om beelden waarvan eerst een model in klei is gemaakt en daarna een contramal. Tot voor kort was onbekend wie de maker was. In Amstelodanum van juli-september 2016 toont Dorothee Oorthuys overtuigend aan dat de beelden - en vermoedelijk ook het wingerdmotief - van de hand van Cornelis de Bruin zijn. De Bruin was behalve impressionistisch kunstschilder tevens plateelschilder, beeldhouwer, ontwerper en ondernemer. Hij was onder meer artistiek leider van de plateelbakkerij De Distel en de Dordtsche Kunst Potterij DKP. Bij de Plateel Bakkerij 'Delft' in Hilversum produceerde hij vanaf 1906 in nauw overleg met de Amsterdamse tegelhandelaar Arnold Heystee. Later werkte hij via Heystee mee aan de buitengevel van het Tuschinski theater (1921).
Ook de moeite waard zijn de hijsbalken van het blok. Deze zijn versierd met siersmeedijzerwerk. Han Schenk, auteur van een boekje over hijsbalken, noemde deze zelfs de mooiste van Nederland.
InterieurDe woningen hebben zorgvuldig vormgegeven plattegronden met vier tot vijf kamers en een ruime hal. De voordeuren zijn monumentaal en versierd met kunstig gesmede krullen en knoppen. De royale trappenhuizen hebben brede treden van comblanchien (rose/beige kalksteen die op marmer lijkt) en gelakte houten leuningen op een hek van siersmeedwerk.
Recente ontwikkelingenIn 2014 werd de gevel van het Rode Blok gerenoveerd en kwam het gebouw maandenlang in de steigers te staan. De versierde betonnen dakrand was sterk verweerd en werd vervangen door een granieten dakrand met een gelijk motief. Door het gebruikte materiaal is de werking van de rand echter erg veranderd.
Bronnen
Dorothee Oorthuys, Het Nieuwe Huis, architect Barend van den Nieuwen Amstel (Cultuurhistorische Uitgeverij Stokerkade 2014).
Dorothee Oorthuys, Het Rode Blok en de architect Barend van den Nieuwen Amstel, een uitgave van ACW Samenwerking (2004).
Dorothee Oorthuys, De bouwbeelden van het Rode Blok aan de Harmoniehof Amstelodanum, juli-september 2016, blz 115-125
Links
Ingezonden door Sebas Baggelaar
Professionele of persoonlijke bandBijdrage oorspronkelijk geschreven door Sebas Baggelaar en in augustus 2017 aangevuld door Gert-Jan Lobbes, onder meer naar aanleiding van de restauratie van de dakrand en het artikel van Dorothee Oorthuys over de beelden van Cornelis de Bruin.
Gerelateerde objecten