Details
Naam
Ventilatiegebouwen Maastunnel, Rotterdam
Aantal afbeeldingen: 19
IntroductieBijzonder expressieve gebouwen aan de uiteinden van de Rotterdamse Maastunnel.
AdresMaastunnel
PlaatsRotterdam
LandNederland
Vervaardiger Ad van der Steur (Architect)
Jaap Gidding (Kunstenaar)
Jaap Gidding (Kunstenaar)
Datum1937 - 1942
Huidige staatGerealiseerd
Oorspronkelijke functieBedrijfsgebouw
Type objectRijksmonument, Gebouw
Monumentnummernoord: 529883 zuid: 529884
AchtergrondDe twee ventilatiegebouwen en bijbehorende toegangsgebouwen voor fietsers en voetgangers liggen tegenover elkaar op beide Maasoevers als een soort bruggenhoofden, maar dan van een tunnel.
BeschrijvingVerantwoordelijk architect is Ad van der Steur, in de dertiger jaren gemeentearchitect van Rotterdam. Van der Steur maakte zich veel ontwerpstijlen eigen. Hij was als het ware de schakel tussen modernisme en traditionalisme. Invloeden van Frank Lloyd Wright en art deco zijn duidelijk terug te vinden in zijn werken.
Elke opdracht maakte hij zeer persoonlijk door een passende variant te kiezen. Zelfs bij de in de eerste plaats functionele gebouwen van de Maastunnel wist Van der Steur met gewelfde gevels en subtiele details dreigende saaiheid de kop in te drukken.
Neem de beide ventilatiegebouwen. Karakteristiek is het verweerde koper van het hoog opgaande koepelvormige dak met daaronder de roosters van de luchtinlaten. Hier zijn subtiele versieringen te zien, zoals de plooien op de grens van de roosters naar de koepel die bij langs vallend licht een geschubd patroon geven.
Achter het deel van de luchtinlaten, de hoge – expressief vormgegeven - verticale schacht van de luchtafvoer die aan de bovenkant een lichte welving vertoont.
Onder het deel met de luchtin- en uitlaten de witte gevel van de technische ruimtes. Deze herbergt de luchtpers- en zuiginstallaties, en is herkenbaar aan de vele ramen voor voldoende daglicht. De voorkant heeft een groot rond raam in een gevel welke naar de randen elegant geplooide hoeken heeft. De zijgevels zijn ook niet geheel vlak, ze golven concaaf en hebben veel smalle, hoge ramen. Hierdoor krijgt de dakrand van de deze technische ruimtes van onderaf gezien een golvend patroon met expressief karakter; kenmerkend voor de Amsterdamse School.
Op de begane grond tenslotte de transformatorruimtes aan de buitenkant herkenbaar aan de bruin-rode grestegels en daken met ventilatieroosters. De ventilatiegebouwen op de noord- en zuidoever zijn bijna identiek, alleen de gevelindeling op de begane grond aan de rivierzijde is verschillend.
Deze grestegelbekleding vinden we ook terug bij de naastgelegen toegangssgebouwtjes voor fietsers en voetgangers. Bijzonder in deze gebouwtjes is het plafondmozaïek boven de roltrappen van de bekende Amsterdamse School kunstenaar – en tevens Rotterdammer - Jaap Gidding. Dit mozaïek karakteriseert op een speelse wijze de functie van de tunnel, beneden het onderaardse met veelsoortige verkeer en daar boven het bovenaardse met zeemeerminnen, vissen, schepen en vogels.
De mozaïeken van de noord- en zuidoever lijken veel op elkaar, alleen vinden we op de noord oever Neptunusfiguren en op de zuidoever Zeemeerminnen.
Elke opdracht maakte hij zeer persoonlijk door een passende variant te kiezen. Zelfs bij de in de eerste plaats functionele gebouwen van de Maastunnel wist Van der Steur met gewelfde gevels en subtiele details dreigende saaiheid de kop in te drukken.
Neem de beide ventilatiegebouwen. Karakteristiek is het verweerde koper van het hoog opgaande koepelvormige dak met daaronder de roosters van de luchtinlaten. Hier zijn subtiele versieringen te zien, zoals de plooien op de grens van de roosters naar de koepel die bij langs vallend licht een geschubd patroon geven.
Achter het deel van de luchtinlaten, de hoge – expressief vormgegeven - verticale schacht van de luchtafvoer die aan de bovenkant een lichte welving vertoont.
Onder het deel met de luchtin- en uitlaten de witte gevel van de technische ruimtes. Deze herbergt de luchtpers- en zuiginstallaties, en is herkenbaar aan de vele ramen voor voldoende daglicht. De voorkant heeft een groot rond raam in een gevel welke naar de randen elegant geplooide hoeken heeft. De zijgevels zijn ook niet geheel vlak, ze golven concaaf en hebben veel smalle, hoge ramen. Hierdoor krijgt de dakrand van de deze technische ruimtes van onderaf gezien een golvend patroon met expressief karakter; kenmerkend voor de Amsterdamse School.
Op de begane grond tenslotte de transformatorruimtes aan de buitenkant herkenbaar aan de bruin-rode grestegels en daken met ventilatieroosters. De ventilatiegebouwen op de noord- en zuidoever zijn bijna identiek, alleen de gevelindeling op de begane grond aan de rivierzijde is verschillend.
Deze grestegelbekleding vinden we ook terug bij de naastgelegen toegangssgebouwtjes voor fietsers en voetgangers. Bijzonder in deze gebouwtjes is het plafondmozaïek boven de roltrappen van de bekende Amsterdamse School kunstenaar – en tevens Rotterdammer - Jaap Gidding. Dit mozaïek karakteriseert op een speelse wijze de functie van de tunnel, beneden het onderaardse met veelsoortige verkeer en daar boven het bovenaardse met zeemeerminnen, vissen, schepen en vogels.
De mozaïeken van de noord- en zuidoever lijken veel op elkaar, alleen vinden we op de noord oever Neptunusfiguren en op de zuidoever Zeemeerminnen.
Recente ontwikkelingenDe verkeersbuizen van de Maastunnel zijn nu in renovatie om aan de nieuwste eisen betreffende veiligheid te voldoen. De restauratie van de ventilatiegebouwen volgt in de loop van 2019.
Links
Ingezonden door Paul Paris
Professionele of persoonlijke bandDe karakteristieke verweerde koperkleuren van de ventilatiekoepels tegen de wit betonnen gevels zijn opvallende blikvangers.
Gerelateerde objecten