Details
Naam
Het Gele Blok, Amsterdam
Aantal afbeeldingen: 109
IntroductieHet roemruchte tweede woonblok van Michel de Klerk - ook wel bekend als het Gele Blok - aan het Spaarndammerplantsoen vormde voor Jos Cuypers (zoon van Pierre Cuypers) aanleiding om ontslag te nemen uit de Schoonheidscommissie waarvan hij voorzitter was. Cuypers kon zich niet verenigen met de ontwerpwijze van De Klerk, die de samenhang tussen constructie en decoratie had losgelaten.
AdresSpaarndammerplantsoen 33-103, Zaanstraat 197-204, Wormerveerstraat 17-19
Postcode(s)1013 XR
PlaatsAmsterdam
LandNederland
Vervaardiger Michel de Klerk (Architect)
Datum1914 - 1918
Huidige staatDeels of volledig gerenoveerd
OpdrachtgeverEigen Haard
Klaas Hille
Klaas Hille
Huidige eigenaarEigen Haard
Oorspronkelijke functieEtagewoningen / appartementen
Huidige functieEtagewoningen / appartementen
Type objectRijksmonument, Blok
Monumentnummer5499
AchtergrondToen projectontwikkelaar Klaas Hille werd getroffen door de bouwcrisis nam woningbouwvereniging Eigen Haard de opdracht aan Michel de Klerk over voor een tweede woonblok aan het Spaarndammerplantsoen (zuidzijde). Eigen Haard bood vooral huisvesting aan spoorwegarbeiders.
De omstreden relatie tussen vorm en constructie in de Amsterdamse School-architectuur liep hoog op in een debat over dit tweede woningblok. De Schoonheidscommissie twijfelde ernstig aan de uitvoerbaarheid van de gekozen vormen en stelde dat het grote constructieve problemen zou kunnen opleveren. Maar omdat de taak van de Schoonheidscommissie er vooral op gericht was het (stads)beeld te beoordelen, kwam De Klerk uiteindelijk toch als winnaar uit het debat.
In de jaren zeventig is het blok gerestaureerd waarbij de oorspronkelijke kleur van de baksteen is teruggebracht en waarbij woningen opnieuw zijn ingedeeld.
De omstreden relatie tussen vorm en constructie in de Amsterdamse School-architectuur liep hoog op in een debat over dit tweede woningblok. De Schoonheidscommissie twijfelde ernstig aan de uitvoerbaarheid van de gekozen vormen en stelde dat het grote constructieve problemen zou kunnen opleveren. Maar omdat de taak van de Schoonheidscommissie er vooral op gericht was het (stads)beeld te beoordelen, kwam De Klerk uiteindelijk toch als winnaar uit het debat.
In de jaren zeventig is het blok gerestaureerd waarbij de oorspronkelijke kleur van de baksteen is teruggebracht en waarbij woningen opnieuw zijn ingedeeld.
BeschrijvingIn dit grotendeels in gele baksteen uitgevoerde blok realiseerde De Klerk 60 woningen in negen verschillende types. Het gebouw heeft vier woonlagen en een zolderverdieping, een 85 meter lange gevel aan het plantsoen en een korte gevel aan de Zaanstraat en Wormerveerstraat. De maat en opzet zijn dezelfde als die van het tegenovergelegen eerste blok. De ornamenten zijn echter grilliger. Opvallend en beeldbepalend zijn de tot dominante accenten gemaakte trappenhuizen (dubbel aan de pleinzijde, enkel aan de Zaanstraat en Wormerveerstraat) met cilindervormen, gedeeltelijk bekleed met tegelwerk. Overigens zijn er ook trappenhuizen die volledig inwendig zijn. Bij de linkerhoek wordt de gevel bekroond door een hoge parabolische dwarskap, die ook de gevel aan de Wormerveerstraat domineert. Hier is ook de bijzonder mooie houten erker te zien met het jaartal 1918. De rechterhoek is afgeschuind en vormt de overgang naar de Zaanstraat. Op de tweede en derde verdieping daarvan zijn bijzondere openslaande deuren gecreëerd als een variatie op de Franse balkons.
Met dit sculpturale blok heeft De Klerk een grote bijdrage geleverd aan het straatbeeld. Bijzonder mooi zijn de trapeziumvormige vensters, de sculpturen boven de portieken die doen denken aan paddestoelen en zeesterren, de fantasierijke houten zoldervensters en de zeer speciale organische vensters van de voormalige winkel hoek Spaarndammerplantsoen/Zaanstraat - tegenwoordig een woning - waar nieuwsgierigen graag naar binnen loeren in het onvervalste Jordanese interieur. Tenslotte zijn is er de sculpturaal vormgegeven trappen links en rechts van de hoek met de Zaanstraat, met bakstenen reling en ijzerwerk dat als een slang boven op de reling slingert.
Met dit sculpturale blok heeft De Klerk een grote bijdrage geleverd aan het straatbeeld. Bijzonder mooi zijn de trapeziumvormige vensters, de sculpturen boven de portieken die doen denken aan paddestoelen en zeesterren, de fantasierijke houten zoldervensters en de zeer speciale organische vensters van de voormalige winkel hoek Spaarndammerplantsoen/Zaanstraat - tegenwoordig een woning - waar nieuwsgierigen graag naar binnen loeren in het onvervalste Jordanese interieur. Tenslotte zijn is er de sculpturaal vormgegeven trappen links en rechts van de hoek met de Zaanstraat, met bakstenen reling en ijzerwerk dat als een slang boven op de reling slingert.
InterieurOok in het trappenhuis - met houtwerk in de kleuren groen, okergeel en zwart - kijk je je ogen uit. De spijlen van de trapleuning golven en de houtverbindingen zijn hier niet alleen functioneel, maar zijn tevens ornamenten. De voordeuren hebben een half-elliptische venster dat in tweeën wordt gedeeld door een smalle, taps toelopende spijl.
Opvallend is ook de aandacht die De Klerk had voor de achterzijde van het blok: de gevels hebben hier naast rechthoekige ook afgetopte paraboolvensters - alle met vele roeden. De balkons zijn voorzien van gepotdekseld houtwerk en sierlijke spijlen; de bovenkant van de balustrades is in feite één grote plantenbak.
Opvallend is ook de aandacht die De Klerk had voor de achterzijde van het blok: de gevels hebben hier naast rechthoekige ook afgetopte paraboolvensters - alle met vele roeden. De balkons zijn voorzien van gepotdekseld houtwerk en sierlijke spijlen; de bovenkant van de balustrades is in feite één grote plantenbak.
Recente ontwikkelingenIn de catalogus van de tentoonstelling "Wonen in de Amsterdamse School" schrijft Frans van Burkom een interessant essay over onder meer over de visuele compositie van juist dit tweede blok met zijn visgraten, paddestoelen, zeesterren en slakkenhuizen. Volgens Van Burkom is deze beeldtaal direct gebaseerd op het hindoe-Javaanse hemelboom-, hemelberg- of wereldasmotief. Het gaat om Indische elementen die typerend zijn voor de Nederlandse neutraliteitsjaren tijdens de Eerste Wereldoorlog. "Het motiefgebruik maakt deel uit van een pacifistische anti-oorlogsiconografie die betrekking heeft op afweer van onheil, bevrijding van angst, vrede, hoger zelfinzicht, verlichting en eeuwige gelukzaligheid" (Wonen in de Amsterdamse School, blz. 88). Van Burkom ziet het skeletmotief van de graat, de wervelkolom of de ribbenkast rond 1915 overal in het werk van De Klerk opduiken. In 1916 verwerkt De Klerk de motieven in het tweede blok, de toepassing "explodeert" in 1917 "om na 1918-1919 spoorloos te verdwijnen".
Na de grootschalig en geslaagde restauratie van Het Schip volgde in 2019 de restauratie van dit blok in opdracht van eigenaar Eigen Haard. In 2020 werd het prachtige eindresultaat opgeleverd.
Na de grootschalig en geslaagde restauratie van Het Schip volgde in 2019 de restauratie van dit blok in opdracht van eigenaar Eigen Haard. In 2020 werd het prachtige eindresultaat opgeleverd.
Bronnen
A. Pronkhorst en S. van Ginneken. De Amsterdamse school. (Rijswijk 2003).
F. van Burkom, 'Michel de Klerk. Scheppend meubelkunstenaar'. In: Wonen in de Amsterdamse School, catalogus tentoonstelling. (Bussum, 2016).
Ton Heijdra, Alice Roegholt, Richelle Wansing, Arbeiderspaleis Het Schip van Michel de Klerk (Museum Het Schip, 2012).
Ingezonden door Gert-Jan Lobbes
Professionele of persoonlijke bandDit is een van de meest karakteristieke en beeldbepalende gebouwen van de Amsterdamse School in het algemeen en van De Klerk in het bijzonder, vol van interessante details en vondsten. Het is expressief en fantasierijk. Alleen in het nog expressievere Het Schip zou De Klerk nog een stap verder gaan. Het staat daardoor enigszins in de schaduw van Het Schip. Toch is dit niet terecht. Het vormt een schitterende overgang tussen het nog wat ingetogen eerste blok en Het Schip. Bovendien vormt het een mooi contrast met Het Schip door de andere vormen, de andere kleuren baksteen en de terracotta tegels op de halfronde trappenhuizen. Hierdoor heeft het een heel eigen karakter. Uniek in de architectuur en met niets te vergelijken. Het recente artikel van Van Burkom voegt weer een dimensie toe.
Gerelateerde objecten