Details
Naam
Persishuis, Amsterdam
Aantal afbeeldingen: 12
IntroductieOoit was het Persishuis een tehuis voor alleenstaande vrouwen. Misschien schiep de architect Kruijswijk daarom wel een fortachtig bouwwerk: de vrouwen moesten volgens de Hervormde Persis-vereniging immers in een beschermde omgeving kunnen wonen.
AdresRuysdaelkade 225
Postcode(s)1072 AW
PlaatsAmsterdam
LandNederland
Vervaardiger Cornelis Kruyswijk (Architect)
Datum1922 - 1923
Huidige staatDeels of volledig gerenoveerd
OpdrachtgeverNederlands Hervormde Gemeente
Huidige eigenaarHVO Querido
Oorspronkelijke functieTehuis / Gezellenhuis
Huidige functieTehuis / Gezellenhuis
Type objectGeen beschermde status, Gebouw
AchtergrondDit pand werd ontworpen door Cornelis Kruyswijk als Persishuis van de Amsterdamse Persis-vereniging. In het Bijbelboek Romeinen 16-12 brengt apostel Paulus een groet aan Peris, de beminde zuster te Rome. De vereniging was in 1909 opgericht vanuit de Nederlands Hervormde kerk met als doel de geestelijke en sociale belangen van vrouwen en meisjes uit de middenklasse te behartigen.
In 1921 werd op initiatief van ds H.C. de Zwart besloten een tehuis te bouwen voor alleenstaande vrouwen. Het tehuis past daarmee bij andere instellingen die rond die tijd in Amsterdam verrezen, zoals Huize Lydia en Het Nieuwe Huis. Een groot deel van het geld voor de stichting van het tehuis haalde de vereniging zelf op en de Gemeentelijke Woningdienst stelde zich garant voor een lening om de bouw mogelijk te maken. In juni 1922 legde de echtgenote van de burgemeester Van de Vlugt de eerste steen. Het huis, hoewel vanuit hervormde kring gesticht, stond open voor alle gezindten.
Er waren ongeveer 50 kamers en er was een gemeenschappelijke eetzaal, een keuken en een bibliotheek. Het gold als zeer modern met centrale verwarming en een douche bij de meeste vertrekken. Aanvankelijk was het goed bezet, maar al begin jaren dertig ontstond leegstand en in 1933 moest de gemeente het beheer overnemen. Vanaf die tijd exploiteerde de Nederlands Hervormde Diaconie het pand als bejaardenhuis voor beter gesitueerden onder de nam Eben Haëzer (Tot hiertoe heeft de Heer ons geholpen). De smeedijzeren letters "Huize Eben Haëzer" zijn nog boven de voordeur te zien.
In 1921 werd op initiatief van ds H.C. de Zwart besloten een tehuis te bouwen voor alleenstaande vrouwen. Het tehuis past daarmee bij andere instellingen die rond die tijd in Amsterdam verrezen, zoals Huize Lydia en Het Nieuwe Huis. Een groot deel van het geld voor de stichting van het tehuis haalde de vereniging zelf op en de Gemeentelijke Woningdienst stelde zich garant voor een lening om de bouw mogelijk te maken. In juni 1922 legde de echtgenote van de burgemeester Van de Vlugt de eerste steen. Het huis, hoewel vanuit hervormde kring gesticht, stond open voor alle gezindten.
Er waren ongeveer 50 kamers en er was een gemeenschappelijke eetzaal, een keuken en een bibliotheek. Het gold als zeer modern met centrale verwarming en een douche bij de meeste vertrekken. Aanvankelijk was het goed bezet, maar al begin jaren dertig ontstond leegstand en in 1933 moest de gemeente het beheer overnemen. Vanaf die tijd exploiteerde de Nederlands Hervormde Diaconie het pand als bejaardenhuis voor beter gesitueerden onder de nam Eben Haëzer (Tot hiertoe heeft de Heer ons geholpen). De smeedijzeren letters "Huize Eben Haëzer" zijn nog boven de voordeur te zien.
BeschrijvingHet gebouw is opgetrokken uit gele baksteen met uitzondering van de begane grond, waar rode baksteen is gebruikt. Het hoofdgebouw maakt een wat gesloten, fortachtige indruk. Aan de voorkant bevindt zich de ingang, diep onder het uitkragende balkon. De top heeft de voor Kruyswijk zo kenmerkende torenopbouw, die hij onder meer ook toepaste bij de Willem de Zwijgerschool aan de Tugelaweg en aan de Eerste Elthetoschool aan de Riouwstraat (afgebroken). Bakstenen zijn daar als een soort linten aangebracht, wat een mooie schaduwwerking geeft.
In de gevel zijn gestileerde vogelfiguren aangebracht: pelikanen, symbool voor zorgzaamheid. (De beeldhouwer heb ik nog niet kunnen achterhalen, mogelijk Theo van Reijn). Zowel aan de kade als in de zijstraat (Cornelis Trooststraat) heeft het gebouw een lagere, eenvoudiger vleugel. Oorspronkelijk was bij deze delen sprake van een diep balkon of dakterras op de derde etage, maar tegenwoordig is dit dichtgebouwd met een houten constructie onder een plat dak. Deze sluit weliswaar goed aan bij het gebouw, maar de nadruk op het hoofdgebouw is verloren gegaan en de algehele indruk is daardoor nogal massief geworden.
In de gevel zijn gestileerde vogelfiguren aangebracht: pelikanen, symbool voor zorgzaamheid. (De beeldhouwer heb ik nog niet kunnen achterhalen, mogelijk Theo van Reijn). Zowel aan de kade als in de zijstraat (Cornelis Trooststraat) heeft het gebouw een lagere, eenvoudiger vleugel. Oorspronkelijk was bij deze delen sprake van een diep balkon of dakterras op de derde etage, maar tegenwoordig is dit dichtgebouwd met een houten constructie onder een plat dak. Deze sluit weliswaar goed aan bij het gebouw, maar de nadruk op het hoofdgebouw is verloren gegaan en de algehele indruk is daardoor nogal massief geworden.
InterieurOp foto's in het Stadsarchief is te zien dat de gangen mooi betegeld waren en dat er sprake was van glas-in-loodramen. Ik weet niet in hoeverre dit nog aanwezig is. Verder is in het Stadsarchief een interieur van een van de kamers te zien. De smalle ruimte is geheel in Amsterdamse School stijl ingericht met een trijpen tafelkleed en lampen met veel franjes. Rechts staat het opklapbed keurig opgeklapt in een ombouwkast met een gordijntje er voor.
Recente ontwikkelingenHet gebouw is nog enigszins in gebruik zoals het ooit bedoeld was. Tegenwoordig zit hier het Passantenhotel Ruysdael. Dit biedt overbruggingsopvang voor mensen die op de wachtlijst staan voor plaatsing in een voorziening die aansluit bij hun individuele zorgbehoefte, zoals het Leger des Heils, de Volksbond en HVO-Querido.
Bronnen
R. van Beekum, Cornelis Kruyswijk. Amsterdamse School Architect (Bussum, 2006).
Links
Ingezonden door Gert-Jan Lobbes
Professionele of persoonlijke bandSchitterende blokvormige volumes met mooi metselwerk. Helaas is het evenwicht wat verstoord door het dichtbouwen van de derde verdieping. Is dat de reden dat het pand geen gemeentelijk monument is?
Gerelateerde objecten