Details
Naam
Deli, Herengracht 286, Amsterdam - interieur
Aantal afbeeldingen: 42
IntroductieOverweldigende rijkdom aan ramen van Atelier Bogtman en bouwkeramiek van De Porceleyne Fles.
AdresHerengracht 286
Postcode(s)1016 BX
PlaatsAmsterdam
LandNederland
Vervaardiger A.D.N. (Dolf) van Gendt (Architect)
Willem Bogtman (Kunstenaar)
De Porceleyne Fles (Kunstenaar)
Willem Bogtman (Kunstenaar)
De Porceleyne Fles (Kunstenaar)
Datum1921
Huidige staatDeels of volledig gerenoveerd
OpdrachtgeverN.V. Deli-Batavia Maatschappij
Huidige eigenaarParticuliere eigenaar
Oorspronkelijke functieKantoorgebouw
Huidige functieKantoorgebouw
Monumentnummer518337
AchtergrondHerengracht 286 werd gebouwd als kantoor voor de N.V. Deli-Batavia Maatschappij in 1921. De Deli-Batavia Maatschappij, niet te verwarren met de Deli Maatschappij van Jacob Nienhuys, was in 1875 in Batavia opgericht door jhr. H.J.L. Leyssius, H.J. Ankersmit, L.W. Gribling en P.F. Pels. Aanvankelijk richtte het bedrijf zich op de tabaksteelt in Oost-Sumatra. Mede door overnames groeide de firma flink. Er kwam ook een dochteronderneming voor rubber, de Deli-Batavia Rubber Maatschappij. In 1953 fuseerde het bedrijf met de Deli Maatschappij. In 1957 nationaliseerde Indonesië de bezittingen.
Voor de grote hoeveelheid glas-in-loodramen werd een beroep gedaan op Atelier Bogtman uit Haarlem. Voor het bouwaardewerk in het interieur werd De Porceleyne Fles uit Delft ingeschakeld. In de orderboeken van De Porceleyne Fles wordt eenmaal Piet Senf genoemd. Hij is mogelijk de ontwerper van het bouwaardewerk in het Deli gebouw.
Voor de grote hoeveelheid glas-in-loodramen werd een beroep gedaan op Atelier Bogtman uit Haarlem. Voor het bouwaardewerk in het interieur werd De Porceleyne Fles uit Delft ingeschakeld. In de orderboeken van De Porceleyne Fles wordt eenmaal Piet Senf genoemd. Hij is mogelijk de ontwerper van het bouwaardewerk in het Deli gebouw.
BeschrijvingDe manier waarop het interieur van het gebouw is vormgegeven, staat in contrast met de conservatieve gevelarchitectuur. In het interieur zijn talrijke elementen van de Amsterdamse School en de art deco te vinden, met name glas in lood en bouwaardewerk. Zoals hierboven beschreven, is het glas in lood van Atelier Bogtman. Het bouwaardewerk is van De Porceleyne Fles in Delft. Hoewel het glas-in-lood met zijn grillige voorstellingen heel duidelijk aansluit bij de Amsterdamse School, geldt dit in wezen ook voor het bouwaardewerk met zijn talrijke aan de natuur ontleende motieven.
Bij binnenkomst betreedt de bezoeker een vestibule met een fraaie houten bank in de stijl van de Amsterdamse School – deze hoort oorspronkelijk onderaan de trap. Een draaideur geeft toegang tot de lichthof, die open is tot en met de eerste verdieping. Het licht komt hier van boven door een groot rechthoekig bovenlicht met glas in lood, waarboven een lichtkap is aangebracht. In de wanden van de begane grond zijn ook enkele glas-in-lood ramen aangebracht, die oorspronkelijk waarschijnlijk daglicht binnen lieten. De eerste verdieping van de lichthof heeft een balustrade aan de trapkant en is aan de overkant voorzien van liggende glas-in-lood ramen. In de hoeken zijn raadselachtige ornamenten van stucwerk aangebracht. De vorm lijkt op gestapelde scheepsboegen, zou echter ook aan de plantenwereld ontleend kunnen zijn.
De begane grond, de balustrades van de trappen, de kolommen en de lambriseringen zijn geheel bekleed met of opgetrokken uit grijsblauw bouwaardewerk. De balustrades zijn voorzien van een ovaal, asymmetrisch draaiend golfmotief dat in het midden is opengewerkt. De kolommen zijn versierd met stroken van ovale ornamenten, die aan zeediertjes doen denken. De bovenkant van kolommen is voorzien van stroken versieringen, die aan schelpdieren doen denken.
De wanden van de passages tussen de kantoren aan de voor- en die aan de achterkant zijn ook voorzien van bouwaardewerk, waaronder begrepen de ingebouwde verwarmingen onder de ramen, afgedekt met een rooster in bouwaardewerk met een netmotief. De passages zijn aan de kant van de lichthof voorzien van staande, langwerpige ramen met glas in lood. Een deel van de ramen kan worden geopend. Op de passage van de vierde verdieping is sprake van vijf kleinere, vierkante ramen. Deze overloop geeft aan de achterkant toegang tot een gang met kantoorruimtes. Mogelijk zetelde hier de directie, want direct links bevinden zich twee uitzonderlijk mooie glas-in-loodramen, voorzien van voorstellingen die aan de tabak refereren. Deze ramen worden op Wendingen apart behandeld onder 'Voorwerpen'. Bovendien heeft een van de kantoorruimtes op deze verdieping een herplaatste schouw en een ovale plafondschildering uit de zeventiende eeuw. Ook elders in het pand bevinden zich herplaatste schouwen.
De motieven van het glas in lood in het gebouw kunnen globaal in vier soorten worden onderverdeeld:
Het grote rechthoekige bovenlicht van de lichthof, dat in negen compartimenten is opgedeeld, is voorzien van organische motieven. Met enige fantasie zijn er dieren in te zien, bijvoorbeeld vleermuizen. Andere vormen doen denken aan de vinnen van vissen, de scharen van krabben, zeesterren en kwallen. Een afgeleide van dit motief is aangebracht in de zijramen van de begane grond, waardoor vandaag de dag kunstlicht naar binnen valt in plaats van daglicht.
Het tweede motief bevindt zich in de wanden van de lichthof, waar je vanaf de passage op de eerste verdieping in kijkt, als het ware vanaf een balkon. Het gaat om zes ramen, twee langwerpige en vier vierkante. De vierkante ramen zijn onderverdeeld in vier stroken, de langwerpige in twaalf. Centraal in elke strook staat een vrij ingewikkeld abstract motief in zwart en bruin. Het wordt omgeven door strookjes blank gewolkt glas en geel geribbeld glas, afgewisseld met kleine rode vierkantjes. In de langwerpige liggende ramen bestaat het middenraam zelfs helemaal uit deze blanke, gele en rode strookjes glas. Een van dit motief is te vinden op de overgang van de eerste naar de tweede verdieping. Hier bevinden zich kleine langwerpige raampjes, onderverdeeld in twaalf stroken. Centraal hierin staat een ovaalvormig motief met wat krullen, weergegeven in zwart en bruin, links en rechts omgeven door strookjes blank gewolkt glas en geel geribbeld glas, afgewisseld met kleine rode vierkantjes.
Het motief dat het meeste voorkomt is te vinden in alle ramen op de passages van de tweede, derde en vierde verdieping en is volledig abstract. Het is vormgegeven in langwerpige elementen van blank gewolkt glas en geel geribbeld glas, afgewisseld met blauwpaars glas en kleine rode elementen. In het centrum staan zwarte krullerige en puntige motieven, die ook links en rechts, onder en boven zijn aangebracht. Op de vierde verdieping is in vijf vierkante ramen een verkleinde versie van dit motief aangebracht.
Op de vierde verdieping zijn nog twee ramen te vinden, die bij elkaar horen, maar volstrekt los van de overige ramen staan. De randen zijn op gelijke wijze vorm gegeven, maar de centrale motieven verschillen. Links tabaksbladeren met daarboven tabaksbloemen, rechts een blauwe tabakspot. De ramen zijn op Wendingen beschreven onder 'Voorwerpen'.
Een monumentale houten bank uit het gebouw, tegenwoordig te vinden in de vestibule, wordt ook op Wendingen beschreven onder 'Voorwerpen'.
Bij binnenkomst betreedt de bezoeker een vestibule met een fraaie houten bank in de stijl van de Amsterdamse School – deze hoort oorspronkelijk onderaan de trap. Een draaideur geeft toegang tot de lichthof, die open is tot en met de eerste verdieping. Het licht komt hier van boven door een groot rechthoekig bovenlicht met glas in lood, waarboven een lichtkap is aangebracht. In de wanden van de begane grond zijn ook enkele glas-in-lood ramen aangebracht, die oorspronkelijk waarschijnlijk daglicht binnen lieten. De eerste verdieping van de lichthof heeft een balustrade aan de trapkant en is aan de overkant voorzien van liggende glas-in-lood ramen. In de hoeken zijn raadselachtige ornamenten van stucwerk aangebracht. De vorm lijkt op gestapelde scheepsboegen, zou echter ook aan de plantenwereld ontleend kunnen zijn.
De begane grond, de balustrades van de trappen, de kolommen en de lambriseringen zijn geheel bekleed met of opgetrokken uit grijsblauw bouwaardewerk. De balustrades zijn voorzien van een ovaal, asymmetrisch draaiend golfmotief dat in het midden is opengewerkt. De kolommen zijn versierd met stroken van ovale ornamenten, die aan zeediertjes doen denken. De bovenkant van kolommen is voorzien van stroken versieringen, die aan schelpdieren doen denken.
De wanden van de passages tussen de kantoren aan de voor- en die aan de achterkant zijn ook voorzien van bouwaardewerk, waaronder begrepen de ingebouwde verwarmingen onder de ramen, afgedekt met een rooster in bouwaardewerk met een netmotief. De passages zijn aan de kant van de lichthof voorzien van staande, langwerpige ramen met glas in lood. Een deel van de ramen kan worden geopend. Op de passage van de vierde verdieping is sprake van vijf kleinere, vierkante ramen. Deze overloop geeft aan de achterkant toegang tot een gang met kantoorruimtes. Mogelijk zetelde hier de directie, want direct links bevinden zich twee uitzonderlijk mooie glas-in-loodramen, voorzien van voorstellingen die aan de tabak refereren. Deze ramen worden op Wendingen apart behandeld onder 'Voorwerpen'. Bovendien heeft een van de kantoorruimtes op deze verdieping een herplaatste schouw en een ovale plafondschildering uit de zeventiende eeuw. Ook elders in het pand bevinden zich herplaatste schouwen.
De motieven van het glas in lood in het gebouw kunnen globaal in vier soorten worden onderverdeeld:
Het grote rechthoekige bovenlicht van de lichthof, dat in negen compartimenten is opgedeeld, is voorzien van organische motieven. Met enige fantasie zijn er dieren in te zien, bijvoorbeeld vleermuizen. Andere vormen doen denken aan de vinnen van vissen, de scharen van krabben, zeesterren en kwallen. Een afgeleide van dit motief is aangebracht in de zijramen van de begane grond, waardoor vandaag de dag kunstlicht naar binnen valt in plaats van daglicht.
Het tweede motief bevindt zich in de wanden van de lichthof, waar je vanaf de passage op de eerste verdieping in kijkt, als het ware vanaf een balkon. Het gaat om zes ramen, twee langwerpige en vier vierkante. De vierkante ramen zijn onderverdeeld in vier stroken, de langwerpige in twaalf. Centraal in elke strook staat een vrij ingewikkeld abstract motief in zwart en bruin. Het wordt omgeven door strookjes blank gewolkt glas en geel geribbeld glas, afgewisseld met kleine rode vierkantjes. In de langwerpige liggende ramen bestaat het middenraam zelfs helemaal uit deze blanke, gele en rode strookjes glas. Een van dit motief is te vinden op de overgang van de eerste naar de tweede verdieping. Hier bevinden zich kleine langwerpige raampjes, onderverdeeld in twaalf stroken. Centraal hierin staat een ovaalvormig motief met wat krullen, weergegeven in zwart en bruin, links en rechts omgeven door strookjes blank gewolkt glas en geel geribbeld glas, afgewisseld met kleine rode vierkantjes.
Het motief dat het meeste voorkomt is te vinden in alle ramen op de passages van de tweede, derde en vierde verdieping en is volledig abstract. Het is vormgegeven in langwerpige elementen van blank gewolkt glas en geel geribbeld glas, afgewisseld met blauwpaars glas en kleine rode elementen. In het centrum staan zwarte krullerige en puntige motieven, die ook links en rechts, onder en boven zijn aangebracht. Op de vierde verdieping is in vijf vierkante ramen een verkleinde versie van dit motief aangebracht.
Op de vierde verdieping zijn nog twee ramen te vinden, die bij elkaar horen, maar volstrekt los van de overige ramen staan. De randen zijn op gelijke wijze vorm gegeven, maar de centrale motieven verschillen. Links tabaksbladeren met daarboven tabaksbloemen, rechts een blauwe tabakspot. De ramen zijn op Wendingen beschreven onder 'Voorwerpen'.
Een monumentale houten bank uit het gebouw, tegenwoordig te vinden in de vestibule, wordt ook op Wendingen beschreven onder 'Voorwerpen'.
Recente ontwikkelingenNa het vertrek van het Kunsthistorisch Instituut in 2015 werd het gebouw volledig gerenoveerd en geschikt gemaakt voor verhuur aan kleine en grotere kantoren onder de naam Deli. Hierbij zijn onder meer de glas-in-loodramen schoongemaakt en gerestaureerd.
Bronnen
'Keramiek in de Amsterdamse architektuur" in: Amsterdamse Monumenten, tweede jaargang nummer 4, juli 1984, blz 22-39
Ingezonden door Gert-Jan Lobbes
Professionele of persoonlijke bandDe interieurfoto's van voor de renovatie zijn van Nico Koers en van na de renovatie van Gert-Jan Lobbes. Laatstgenoemde is hier ooit afgestudeerd. Destijds was het een stijlvol maar nogal somber en koel gebouw. Tegenwoordig is het een ware schatkamer.
Gerelateerde objecten