Details
Naam
Tuinwijk, Utrecht
Aantal afbeeldingen: 42
IntroductieSchitterend wijkje in Utrecht met een wat dorps karakter en volop expressieve details.
AdresMelis Stokestraat 2-16, 1-3, Van der Mondestraat 45-75, Gerard Noodtstraat 2-12 Willem Arntszkade 26-44, 27-45, Burmanstraat 2-26, 1-15, Bucheliusstraat 2-26, 1-23, 25
Postcode(s)3515 VT
PlaatsUtrecht
LandNederland
Vervaardiger Albert Kool (Architect)
Albert van Rood (Architect)
Albert van Rood (Architect)
Datum1921 - 1922
Huidige staatDeels of volledig gerenoveerd
OpdrachtgeverNV Woningbouwvereniging De Tuinwijk
Huidige eigenaarWoningcorporatie Portaal
Oorspronkelijke functieRijtjeshuizen
Huidige functieRijtjeshuizen
Type objectGemeentelijk monument, Blok
Monumentnummer3440184-3440191
AchtergrondIn 1917 werd Woningbouwvereniging Rembrandt opgericht. De leden hiervan werkten bij de Maatschappij tot Exploitatie van Staatsspoorwegen, de Steenkolenhandelsvereniging en bij de Nationale Bankenvereniging. De naam van de woningbouwvereniging werd veranderd in ‘De Tuinwijk’ toen ze de grond op het oog kreeg in de nieuwe wijk bij de Van der Mondestraat.
In 1917 werden de Hollandsche IJzeren Spoorweg Maatschappij, gevestigd in Amsterdam, en de Maatschappij tot Exploitatie van Staats Spoorwegen in Utrecht samengevoegd tot de Nederlandse Spoorwegen. De nieuwe onderneming koos Utrecht als vestigingsstad en liet in het Moreelsepark, naast de bestaande kantoren voor de spoorwegmaatschappijen, een enorm administratiegebouw verrijzen: de Inktpot. Het personeel hiervoor had uiteraard woonruimte nodig. Toen De Tuinwijk moeite had om de financiering van de nieuwe wijk rond te krijgen, zegde de NS in 1920 een bijdrage toe. Voorwaarde was wel dat in ieder geval de helft van de woningen beschikbaar zou worden gesteld aan NS-personeel.
De architecten Albert Kool en Albert van Rood maakten een ontwerp voor zowel het stratenplan als de woningen. Hierbij wilden zij ook bij het ontwerp van de lantaarnpalen, openbare gebouwen en dergelijke geraadpleegd worden, zodat er zo veel mogelijk harmonie in de wijk zou zijn.
De oostkant van het wijkje werd tot ca. 1966 begrenst door water. Dit gedeelte van het Zwartewater werd toen gedempt; de overblijfselen van de Floris Heermalebrug in de brede groenstrook zijn een stille getuige hiervan.
Alleen de huizen Melis Stokestraat 2 t/m16 hebben een monumentale status.
In 1917 werden de Hollandsche IJzeren Spoorweg Maatschappij, gevestigd in Amsterdam, en de Maatschappij tot Exploitatie van Staats Spoorwegen in Utrecht samengevoegd tot de Nederlandse Spoorwegen. De nieuwe onderneming koos Utrecht als vestigingsstad en liet in het Moreelsepark, naast de bestaande kantoren voor de spoorwegmaatschappijen, een enorm administratiegebouw verrijzen: de Inktpot. Het personeel hiervoor had uiteraard woonruimte nodig. Toen De Tuinwijk moeite had om de financiering van de nieuwe wijk rond te krijgen, zegde de NS in 1920 een bijdrage toe. Voorwaarde was wel dat in ieder geval de helft van de woningen beschikbaar zou worden gesteld aan NS-personeel.
De architecten Albert Kool en Albert van Rood maakten een ontwerp voor zowel het stratenplan als de woningen. Hierbij wilden zij ook bij het ontwerp van de lantaarnpalen, openbare gebouwen en dergelijke geraadpleegd worden, zodat er zo veel mogelijk harmonie in de wijk zou zijn.
De oostkant van het wijkje werd tot ca. 1966 begrenst door water. Dit gedeelte van het Zwartewater werd toen gedempt; de overblijfselen van de Floris Heermalebrug in de brede groenstrook zijn een stille getuige hiervan.
Alleen de huizen Melis Stokestraat 2 t/m16 hebben een monumentale status.
BeschrijvingDe 180 woningen en (oorspronkelijk) vier winkels vormen een opvallend complex met een wat dorps karakter, uitgevoerd in baksteen met steile rode pannendaken. Er werd veel aandacht besteed aan de detaillering van de gevels en zelfs de tuinmuurtjes en nutsgebouwtjes werden mee ontworpen. Het verhaal gaat dat er bakstenen werden gebruikt die over waren na de bouw van de Inktpot. Dit valt niet meer te achterhalen, maar de tuinmuurtjes hebben wel de karakteristieke misbaksels die ook op het voorterrein van Hoofdgebouw III aan het Moreelsepark zijn gebruikt.
Bijzondere aandacht is door de beide Alberts besteed aan doorkijkjes, hoekenoplossingen en detaillering, waarbij verspringende gevelwanden en een diversiteit aan huizentypen een monotoon beeld voorkomen. De expressieve elementen liggen in de lijn van de landelijke variant van de Amsterdamse School. Of het nou het ruim toegepaste siermetselwerk is - met name die van de hoeken van de oorspronkelijke winkels aan de Melis Stokestraat zijn imponerend - of het houtwerk van plantenbakken, kozijnen, ornamenten en geveldelen. Oorspronkelijk was het houtwerk - dat zien we vaak - in donkerder kleuren geschilderd dan vandaag de dag.
Bijzonder zijn de tuinhuisjes aan de Willem Arntszkade en de Gerard Noodtstraat, die onderdeel zijn van de van siermetselwerk voorziene tuinafscheidingen. Enkele woningen aan de Willem Arntszkade hebben zelfs tegels als gevelbekleding. De poort onder de poortwoning aan de Melis Stokestraat heeft een sluitsteen met hierop het jaartal 1921.
Bijzondere aandacht is door de beide Alberts besteed aan doorkijkjes, hoekenoplossingen en detaillering, waarbij verspringende gevelwanden en een diversiteit aan huizentypen een monotoon beeld voorkomen. De expressieve elementen liggen in de lijn van de landelijke variant van de Amsterdamse School. Of het nou het ruim toegepaste siermetselwerk is - met name die van de hoeken van de oorspronkelijke winkels aan de Melis Stokestraat zijn imponerend - of het houtwerk van plantenbakken, kozijnen, ornamenten en geveldelen. Oorspronkelijk was het houtwerk - dat zien we vaak - in donkerder kleuren geschilderd dan vandaag de dag.
Bijzonder zijn de tuinhuisjes aan de Willem Arntszkade en de Gerard Noodtstraat, die onderdeel zijn van de van siermetselwerk voorziene tuinafscheidingen. Enkele woningen aan de Willem Arntszkade hebben zelfs tegels als gevelbekleding. De poort onder de poortwoning aan de Melis Stokestraat heeft een sluitsteen met hierop het jaartal 1921.
InterieurDe voorkamer en de woonkamer waren oorspronkelijk van elkaar gescheiden door kasten en schuifdeuren met glas in lood. Iedere woning had twee haarden met glazuurde tegels. De vloertegels in de gangen en keukens waren in een tweekleurig patroon gelegd.
Links
Ingezonden door Marcel Westhoff
Professionele of persoonlijke bandMij was het wijkje al een keer eerder opgevallen, maar pas nadat ik er door Douwe Wits op werd geattendeerd dat dit mede ontwerpen was door zijn opa Albert Kool, ben ik er nog een aantal keren terug geweest – mét camera. Wat een bijzonder wijkje!
Gerelateerde objecten